Sterven

Sterven

... vanuit de medische invalshoek

Tijdens het sterven verandert temperatuur, bloedsomloop en vochtbalans. De temperatuur daalt. Bloed stroomt minder snel en makkelijk door het lichaam (ontstaan van lijkvlekken). De vochtbalans verandert, er kan vochtophoping plaatsvinden of incontinentie ontstaan.

Kort voor de dood (enkele uren, soms ook dagen) kunnen de volgende symptomen optreden: problemen met slikken, rochelen, snellere of langzamere ademhaling, blauwe vlekken, koorts, transpireren, urine– en ontlastingverlies, stijf worden van ledematen, moeilijker spreken, zuchten.

Het wegvallen van de hersenfuncties (zoals de regelmatige hartslag, ademhaling, bloeddruk en bewustzijn) leidt uiteindelijk tot de dood.

... vanuit de spirituele invalshoek

Onze ziel verlaat ons stoffelijke lichaam door de kruin of door de zonnevlecht. Dan komen we terecht in een nieuwe omgeving. Afhankelijk van ons bewustzijn is dit een donkere ruimte, een schemergebied met diffuus licht of een lichte wereld. We zullen merken dat er hulp is bij onze reis naar het witte licht. De verbinding tussen ons aardse lichaam en ons zielelichaam wordt verbroken. We voelen ons lichter worden en komen tot rust. Ons zielelichaam zit nog vast aan ons sferenlichaam dat zich in de sferen bevindt. Daar worden we naartoe getrokken. Sommige zielen zien voordat ze in de sferen aankomen een donkere tunnel of een tunnel met de kleuren rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet van de zeven chakra’s. Dit zijn dezelfde kleuren als van de regenboog. Dan komen we aan in de geestelijke wereld, een wereld van licht. Deze overgang kunnen we ervaren als wakker worden. We leven nu weer volop in ons sferenlichaam. We zijn in de sfeer aangekomen waar we vandaan kwamen vóór het laatste aardse leven. Er zijn bekenden om ons te ontvangen. Dat kunnen engelen of lichtwezens zijn, maar ook overleden familie en vrienden. Afhankelijk van onze spirituele kennis en de ervaringen die we in het laatste aardse leven hebben opgedaan, blijven we in deze sfeer of gaan we verder.


... vanuit de vier-elementen invalshoek

Het sterven wordt hieronder bekeken vanuit de vier elementen: Aarde, Water, Vuur en Lucht.

Aarde

Ons lichaam begint al zijn kracht te verliezen. We hebben totaal geen energie. We kunnen ons niet oprichten, rechtop zitten of iets vasthouden. We kunnen ons hoofd niet meer rechtop houden. We hebben het gevoel alsof we vallen, in de grond zinken of door een enorm gewicht verpletterd worden. Sommige traditionele teksten zeggen dat het voelt alsof we onder een enorme berg vermorzeld worden. We voelen ons zwaar en elke houding is ongemakkelijk. Misschien vragen we of iemand ons rechtop wil zetten, of willen we meer kussens of juist minder dekens. De kleur van onze huid wordt valer en we worden bleek. Onze wangen vallen in en op onze tanden komen donkere vlekken. Het wordt moeilijker onze ogen te openen en te sluiten. Als de vorm oplost, worden we zwak en mager. Onze geest is opgewonden en verward, om vervolgens in dufheid te verzinken.

Dit zijn tekenen dat het aarde-element oplost in het water-element. Dit betekent dat de wind die met het aarde-element verbonden is, niet meer de kracht heeft te functioneren als basis voor het bewustzijn, en het vermogen van het water-element om als basis te functioneren voor het bewustzijn meer op de voorgrond treedt. Het zogenaamde ‘verborgen teken’ is de ervaring van een visioen van een luchtspiegeling, een glinsterend fata morgana.

Water

We beginnen de controle over onze lichaamsvochten te verliezen. Onze neus begint te druipen en we kwijlen. Er kan vocht uit de ogen komen en misschien worden we incontinent. We kunnen onze tong niet bewegen. Onze ogen liggen droog in hun kassen. Onze lippen zijn strak en het bloed is eruit weggetrokken. Onze mond en onze keel zijn kleverig en verstopt. De neusvleugels vallen in en we krijgen erge dorst. We trillen en beven. Om ons heen begint de geur van de dood te hangen. Als het gevoel oplost, neemt ons lichamelijk bewustzijn af en wisselen gevoelens als pijn en welbehagen, hitte en koude zich voortdurend af. Onze geest wordt wazig, ontevreden, prikkelbaar en nerveus. Volgens sommige bronnen voelen wij ons in dit stadium alsof we verdrinken of door een enorme rivier worden meegesleurd.

Het water-element lost op in vuur, dat het vermogen om het bewustzijn te dragen overneemt. Het verborgen teken is dan een visioen van een nevel met daarin wervelende rookslierten.

Vuur

Onze mond en neus drogen volkomen uit. Al onze lichaamswarmte begint weg te trekken, meestal vanaf de voeten en handen in de richting van het hart. Het kan zijn dat een stoomachtige hitte van de kruin van ons hoofd opstijgt. Onze adem voelt koud terwijl hij door onze mond en neus gaat. We zijn niet langer in staat iets te drinken of te verteren. De waarneming lost op en onze staat van geest is afwisselend helder en verward. We kunnen ons de namen van onze familieleden en vrienden niet herinneren of we herkennen ze zelfs niet meer. Het wordt steeds moeilijker iets buiten ons te onderscheiden, aangezien geluid en visuele waarneming verward zijn.

Het vuur-element lost op in lucht en is niet meer in staat als basis voor het bewustzijn te functioneren, terwijl het vermogen van het lucht-element om dit te doen op de voorgrond treedt. Het verborgen teken is dan flikkerende rode vonken, als vuurvliegjes dansend boven een open vuur.

Lucht

Het wordt steeds moeilijker te ademen. De lucht lijkt uit onze keel te ontsnappen. Raspend en schrapend halen we adem. Onze inademing wordt kort en moeizaam en onze uitademing wordt langer. Onze ogen rollen naar boven en we kunnen in het geheel niet bewegen. Als het intellect oplost, raakt de geest volkomen in de war en is zich niet langer bewust van de buitenwereld. Alles is een waas. Ons laatste gevoel van contact met onze fysieke omgeving glipt weg.

We beginnen te hallucineren en hebben visioenen: als er veel negativiteit in ons leven is geweest, zien we misschien angstaanjagende vormen. Akelige en afschuwelijke momenten in ons leven beleven we nogmaals en misschien proberen we het zelfs in doodsangst uit te schreeuwen. Als we in ons leven vriendelijk en mededogend zijn geweest, kunnen we gelukzalige, hemelse visioenen hebben en liefdevolle of verlichte wezens ‘ontmoeten’. Mensen die een goed leven hebben geleid, vinden vrede in de dood en geen angst.

Het lucht-element lost op in het bewustzijn. De winden hebben zich alle samengetrokken in de ‘levensondersteunende wind’ in het hart. Het verborgen teken wordt beschreven als een visioen van een vlammende fakkel of lamp met een rode gloed.

Onze inademing wordt steeds zwakker en onze uitademing langer. Op dít moment verzamelt zich bloed en gaat het ‘kanaal van het leven’ in het centrum van ons hart binnen. Drie druppels bloed verzamelen zich, de een na de ander, en veroorzaken drie lange laatste uitademingen. Dan stopt onze ademhaling.

Slechts een beetje warmte blijft achter in de streek rond ons hart. Alle tekens van leven zijn nu verdwenen en dit is het moment waarop wij in een moderne klinische situatie ‘dood’ verklaard worden.

(Uit: Het Tibetaanse boek van leven en sterven - S. Rinpoche)

Het moment van sterven


Het is altijd de juiste tijd wanneer iemand door een ongeluk, ziekte of op een ‘natuurlijke’ manier overlijdt. Het moment van sterven wordt bepaald door ons levensplan. In dat levensplan zitten alle levenslessen die we op aarde kunnen leren.

In mijn visie geldt de juiste tijd van sterven ook voor degene die zelfdoding of euthanasie toepassen. Deze manier van sterven kan iets te maken hebben met de laatste levensles van degene die sterft of met de levensles van iemand die de stervende kent.

Zoals ik al heb beschreven in het hoofdstuk over de Bijna-doodervaring komt iemand weer terug naar de aarde als de tijd om te sterven nog niet is aangebroken. 

Al is het tijdstip van sterven altijd de juiste tijd, iemand kan wel onvoorbereid in het leven na de dood aankomen en volledig de weg kwijt zijn. Dit kan gebeuren bij mensen die altijd gedacht hebben dat er niets na het sterven zou zijn.
Hoe we ons kunnen voorbereiden op de dood en hoe we onze ziel kunnen ontwikkelen, wordt verderop in dit boek beschreven.

Afhankelijk van wat we tijdens het sterven moeten of willen meemaken, gaan we onbewust, bewust of super bewust over en maken we de volgende stap naar het leven na de dood. 
In mijn visie kan het zo zijn dat iemand, die na een verkeersongeluk overlijdt, het ongeluk zelf niet bewust hoeft mee te maken. Vlak voor het fatale tijdstip is de ziel dan al uit het lichaam vertrokken. 
Van iemand, die doodvalt na een val van een berg of een sprong van een gebouw, kan de ziel al uit het lichaam vertrokken zijn voordat het lichaam de grond raakt. 
Het ongeluk maakte in deze gevallen geen onderdeel uit van het levensplan. Dit gebeurt volgens mij vaker dan men vermoedt.

Lang heb ik getwijfeld of ik mijn visie zou geven op het sterven van baby’s bij de geboorte of vlak daarna. 
Omdat er zeker twee spirituele inzichten over het sterven van baby’s zijn, heb ik besloten het wel te doen. 
 
1. Als een baby sterft zou dat te maken kunnen hebben met het levensplan van de baby. 
Het levensplan bevat slechts één levensles en dat is: ‘Geboren worden’. 

2. De geboorte-ervaring zou een levensles van de ouders kunnen zijn. 
De ziel van de baby helpt daarmee de ouders in hun spirituele groei.

Bij ieder sterven zijn altijd lichtwezens en andere helpers aanwezig om de ziel bij de overgang te helpen. 

Het stervensproces is tegelijkertijd een mogelijkheid om ons te zuiveren van alle negatieve energie die we gedurende het aardse leven hebben opgeslagen. Sterven kan voor de stervende een reinigende werking hebben. 
Deze visie op sterven is vrijwel alleen voor de zeer spirituele, ervaren zielen het geval. Toch wil ik ook deze informatie met je delen. 

Share by: