Oefeningen
Dagelijks
Dagelijks
Oefening 1 Positief Denken - Praten - Doen
Oefening 1
Positief Denken - Praten - Doen
Denk aan een situatie of aan iemand die je kent (dat mag je ook zelf zijn).
Bedenk nu wat die ander een goed gevoel geeft.
Wat vindt die ander fijn?
Wat zou fijn zijn in die situatie?
Als je het antwoord weet…
… denk eraan, praat erover en doe het.
Oefening 2 Onderken negativiteit en verander
Kijk van een afstandje naar jezelf.
Wees eerlijk!
Ben je zoals je wilt zijn?
Denk je wat je wilt denken?
Zeg je wat je wilt zeggen?
Kijk of je iets wilt veranderen.
Heb je iets gevonden?
Iedere dag kun je zelf kiezen wat je denkt, wat je zegt en wat je doet.
Maak zelf het verschil en begin.
Oefen en begin Nu.
Iedere dag kun je opnieuw beginnen.
Oefening 3 Maak tijd voor vrijheid, ruimte en vrede
Lees eerst de tekst en sluit dan je ogen.
Stel je eens voor:
Een wereld waarin niets hoeft.
Jij ook niet.
Iedereen is er vrij en gelukkig.
Jij ook.
De ruimte om je heen is zo groot dat het prettig aanvoelt.
Iedereen leeft hier in vrede met elkaar.
Ook met jou.
In deze wereld mag iedereen zichzelf zijn.
Jij ook.
Neem dagelijks 5 minuten om hiermee bezig te zijn.
Bekijk je eigen wereld met andere ogen.
Hoe voelt het om in deze wereld te leven?
Regelmatig
Oefening 1 Overdenk jouw waarheid over de dood
Hoe denk je nu over de dood?
Ben je bang, zit je iets dwars, wil je iets niet vergeven, kun je iets niet loslaten?
Als je nu dood zou gaan, hoe ziet jouw levensfilm er dan uit?
Lees eens iets over de dood.
Oefening 2 Leer liefde geven en loslaten
Denk eens na over de volgende tekst:
Omdat ik echt van je houd laat ik je je vrijheid.
Pas dit toe op ieder moment dat je voelt dat je iets verwacht van een ander. Geef de liefde die je hebt, zonder voorwaarden.
Oefening 3 Weggeven en opruimen
Hoe lang is het geleden dat je je klerenkast hebt opgeruimd?
Of de schuur, of de zolder?
Ga aan de slag en begin met opruimen.
Geef weg (kringloopwinkel) of gooi weg wat je niet meer nodig hebt.
Neem afscheid van de dingen die je weg doet en laat ze los.
Vind je dit moeilijk?
Probeer het dan nog eens.
Omgaan met het eigen lijden
Oefening 1 Oefen dankbaarheid
Waar ben je allemaal dankbaar voor.
Neem iedere dag 5 minuten om jezelf te herinneren waar je blij mee bent.
Denk aan mensen, dingen, situaties en ook aan je lichaam, je omgeving, je leven.
Maak zinnen die beginnen met: Ik bedank …
Merk je dat dit gaat, dank dan de minder prettige dingen.
Alles heeft een reden.
Je maakt dit niet voor niets mee.
Als je het lijden een plek kunt geven en op een andere manier bekijkt, is het niet voor niets.
Je kunt er ook van leren!
Oefening 2 Vertel het verhaal van je leven
Ook jouw leven is waardevol!
Nu is de tijd om het verhaal van je leven vorm te geven.
Wat heb je gedaan voor jezelf en anderen?
Wat vond je het leukst?
Waar was je het liefst?
Welke dingen heb je geleerd en zou je door willen geven.
Bedenk dat het altijd de moeite waard is om je levensverhaal te maken.
Ook voor jezelf!
Oefening 3 Ontwikkel mededogen voor jezelf
Onderken dat je lijdt en neem de tijd voor deze oefening.
Ontspan je zoveel mogelijk.
Sluit je ogen, of als dat lastig is, concentreer je dan op een bepaald punt in de ruimte.
Wees je bewust van je adem.
Adem zo rustig mogelijk in en uit.
Concentreer je nu op de ademhaling.
Bij de inademing adem je alle pijn, onrust, lijden die je voelt in.
Stel je voor dat alles nu wordt opgelost en veranderd.
Je ademt uit en stelt je voor dat de uitademing vol is van vreugde, geluk, helderheid en vrede.
Herhaal dit en probeer te blijven concentreren op het in– en uitademen.
Doe dit net zolang als je wilt.
Voel je weerstand tegen deze oefening?
Je kunt jezelf heel veel geven door te proberen de oefening serieus te doen en te herhalen.
Waar ben je bang voor?
Omgaan met het lijden van anderen
Oefening 1 Het lijden onvoorwaardelijk accepteren
Neem de ander SERIEUS. Heeft iemand veel pijn, probeer er naar te kijken. Voel mee, zonder de ander te worden. Erken de ander in het lijden en zorg voor een omgeving waarin het veilig is om te praten en gevoelens te uiten.
Exact voelen wat iemand anders voelt, is heel moeilijk. Je voelt vooral je eigen gevoelens.
Probeer te luisteren en te accepteren zonder de stemming van de ander te willen veranderen of verbeteren.
Als je druk bent met het voor de ander (of juist jezelf) makkelijker te maken, vergeet je wat de ander nodig heeft.
Vraag wat de ander NU nodig heeft en probeer dit te realiseren.
Oefening 2 Spirituele voorbereiding op de dood
Sluit vriendschap met je eigen angst. Geef de situatie zin door er positief mee om te gaan.
Wees vriendelijk voor jezelf en voor de ander(en). Geef jezelf ruimte door open en zacht te zijn tegenover de pijn, het verdriet of het leed dat je ziet.
Voel de liefde die je voor de ander voelt en denk met liefdevolle aandacht aan de ander.
Sluit je ogen en stel je de ander voor in een prachtig wit licht. Realiseer je dat het leven doorgaat in een andere dimensie.
Oefening 3 Ontwikkel mededogen voor anderen
Neem de tijd voor deze oefening.
Ontspan je zoveel mogelijk.
Sluit je ogen, of als dat lastig is, concentreer je dan op een bepaald punt in de ruimte.
Wees je bewust van je adem.
Adem zo rustig mogelijk in en uit.
Concentreer je nu op de ademhaling.
Denk aan de ander.
Adem al het leed (in de vorm van zwarte rook) in en laat dit tot je hart doordringen.
Wees bereid alles op te nemen en uit de ander te verwijderen.
Heeft het je hart bereikt, laat het dan al je egocentrisme oplossen.
Adem nu al je liefde, vreugde, mededogen en vrede uit naar de ander
(in de vorm van prachtige gouden stralen).
Blijf opnemen en geven zolang je wilt of kunt.
Oefeningen bij Angst en Verdriet
Oefening 1 Leer onvoorwaardelijk houden van
Als je van iets of iemand houdt, ben je er niet bang voor.
Als je aan iets of iemand liefdevol kunt denken, is er geen angst meer.
Wanneer je, zonder tegenprestatie, van iets of iemand kunt houden, ben je vrij.
Omdat ik van je houd, laat ik je je vrijheid.
Tijdens momenten van verdriet, kun je altijd, met liefde, contact maken met de ander, als je geleerd hebt om zonder voorwaarden te houden van…
Ook als de ander niet lijfelijk aanwezig is, kun je liefdevolle gedachten naar de ander toesturen.
Dit kan overal en altijd.
Oefening 2 Vergeef jezelf
Wat je ook hebt gedaan, gedacht, of juist niet gedaan, er is altijd een mogelijkheid om jezelf te vergeven.
Je hebt geen ander nodig.
Kijk naar wat je gedaan hebt (of niet gedaan hebt). Hoe had je het anders willen doen? Wees eerlijk en zie of je het anders had kunnen doen. Als dat zo is, weet dan dat je het de volgende keer anders gaat doen. Accepteer nu dat je het anders gedaan hebt. Zeg tegen jezelf: ik vergeef je. Voel wat dit met je doet.
Herhaal deze oefening zo vaak je wilt.
Oefening 3 Vind uit wat je zelf nodig hebt
Voor iedereen is de oplossing van een probleem heel persoonlijk.
Vind voor jezelf uit wat jou een goed gevoel geeft!
Doe dat nu!
Op momenten van angst of verdriet kun je terug komen bij dat wat je een goed gevoel geeft.
Vind in je leven iets dat je houvast geeft. Dat kan van alles zijn.
Misschien is het je hobby, een tijdschrift, een wandeling in de natuur, een kopje koffie of thee, een mooi boek of een sieraad. Maar heel belangrijk is het dat je houvast onafhankelijk is van iemand anders.
Niemand anders dan jij kent je eigen behoeften op het moment dat je bang of verdrietig bent.
Geef jezelf de ruimte en vrijheid om te vinden wat jij nodig hebt in deze situatie!
Oefeningen bij Machteloosheid, Boosheid en Schuld
Oefening 1 Maak een verbinding met de ander
Of iemand bij je is of niet (meer), je kunt je verbinden met de ander.
Neem eerst alle tijd om je te concentreren op de ander. Denk met een fijn gevoel aan wat je samen met de ander hebt (gehad).
Stuur dan alle liefde die je voor de ander voelt naar hem/haar toe. (Als dit je te moeilijk lijkt, blijf dan aan de ander denken, waarbij je steeds een fijne situatie in gedachten neemt.)
Voel, door de gedachten, dat je dicht bij de ander bent.
Oefening 2 Herstel, heel of vergeef je relatie
Op ieder moment kun je zelf ervoor kiezen om de relatie die je hebt (gehad) te herstellen, te helen of te vergeven. Je kiest er zelf voor, daar heb je de ander niet voor nodig.
Realiseer je dat iedere relatie ups en downs kent.
Begin met het in gedachten nemen van leuke dingen die jullie samen doen/deden.
Wat kun jij veranderen in je kijk naar de ander? Wees eerlijk. Vind je het de ander waard om iets voor de ander te veranderen?
Heb je een vraag voor de ander? Zoek dan in jezelf naar je antwoord. Wees tevreden met je eigen antwoord van dit moment. Dit is het antwoord dat je krijgt.
Als je zelf iets hebt veranderd in je relatie, verandert de ander mee.
Oefening 3 Doe iets met je gevoelens
Machteloosheid vraagt om daadkracht. Ga iets doen waardoor je de situatie kunt veranderen. Accepteren van een situatie is een goed begin. Vraag de ander wat je kunt doen. Kun je het niet vragen: bedenk wat je zelf graag zou willen als jij in deze positie zou zijn. En ga daarmee aan de slag.
Boosheid blijft in je lichaam zitten totdat je het eruit laat komen. Geef je boosheid de ruimte.
Zoek een plek waar je veilig bent en waar je niemand kunt verwonden. Ga bijvoorbeeld op je bed zitten en stel je voor dat je kussen het onderwerp is van je boosheid. Sla nu met al je kracht op het kussen. Net zo lang als je nodig hebt. Schreeuw erbij als dat extra oplucht.
Of gebruik een ballon om tegenaan te meppen. Dit kun je ook heel goed met z'n tweeën doen.
Schuldgevoelens maak je helemaal zelf. Je verwijt jezelf dat je iets wel of niet gedaan hebt. Aan die situatie kun je nu niets meer veranderen. Wat je wel kunt veranderen is je visie op het schuldgevoel. Vergeef jezelf, ook als je iets ergs gedaan hebt, kun je jezelf vergeven. Dat doe je helemaal zelf. Je hebt namelijk iets geleerd van dat wat je wel of niet gedaan hebt. De volgende keer zou je het heel anders doen. Kijk nu vooruit en stel je voor dat je in dezelfde situatie zou komen. Hoe pak je het dan aan? Wees eerlijk tegen jezelf. En begrijp dat je dit nodig hebt gehad om ervan te kunnen leren.
